Aspecten van de Belgische kunst na '45 - WILLEM ELIAS

  • Willem Elias
    • CV Willem Elias
    • Publicaties Willem Elias
    • 2017 – BAD – Where arts meets design
    • 2016 – DE-GENERATIES
      • De 80 kunstenaars – Willem Elias
    • HISK
    • VKE
    • VUB
    • Voordrachten
    • Contact
  • Schilderkunst
    • Abstract expressionisme of de lyrische abstractie
      • Pierre Vlerick
    • Cobra
    • Existentiële schilderkunst
      • Jan Burssens
    • Expressionisme
    • Fantastisch of magisch realisme
      • Octave Landuyt
      • Jef Van Tuerenhout
    • Fundamentele schilderkunst
      • Raoul De Keyser
      • Luc Tuymans
      • Hugo Duchateau
    • Geometrisch abstracte of conrete kunst
    • Hyperrealisme
      • Roger Wittevrongel
    • Informele kunst
    • Jonge Belgische schilderkunst
    • Narratieve schilderkunst
      • Frank Maieu
      • Fred Bervoets
    • Neo-expressionisme
    • Neo-realisme en “Ecole de Paris”
      • Jos Verdegem
    • Neoconstructivisme
    • Neosymbolisme
    • Nieuwe figuratie
      • Roger Raveel
    • Post-expressionisme en animisme
      • Armand Vanderlick
      • Henri-Victor Wolvens
    • Surrealisme
    • Transavant-garde
      • Jean Bilquin
  • Beeldhouwkunst
    • Arte Povera
    • Assemblage
    • Existentiële beeldhouwkunst
    • Kinetische kunst en op-art
    • Minimalisme
    • Neokubisme
  • Andere aspecten
    • Conceptuele kunst
      • Body Art
      • Installatiekunst
      • Kunst als maatschappijkritiek
      • Kunst en taal
      • Neodadaïsme
      • Videokunst
    • Postmodernisme
      • Kunst en massacultuur
      • Ugly Realism
    • Kunst vanuit het medium
      • Brons
      • Grafiek
      • Keramiek
      • Multimedia als nieuwe media
    • Reflecties
      • Kijken is de kunst
      • Kunst en feminisme
      • Kunst en wetenschap
  • Kunstfilosofie
  • Kunsteducatie
  • Snoecks
You are here: Home / Schilderkunst / Existentiële schilderkunst / Jackson Pollock als eerste voorbeeld van existentiële schilderkunst

Jackson Pollock als eerste voorbeeld van existentiële schilderkunst

3 September 2012 By Willem Elias

Jackson Pollock (1912-1956) Jackson liet de verf letterlijk via een gebarentaal uit zijn lichaam druipen, doorgaans zonder met zijn borstel het op de grond liggende canvas te raken. Hij bestormde zijn doeken vanuit alle windrichtingen op een ritme dat eerder aansloot bij indianendansen dan bij de ingetogen houding die men van een schilder voor zijn ezel verwacht. Zijn werk (eerste dripping ± 1947) staat in de moderne kunst bekend als een van de hoofdvoorbeelden van vernieuwing, de basisbetrachting van het modernisme. Dit extreme voorbeeld van vrijheid in de kunst ging verder dan zijn voorlopers hadden gedurfd. Mondriaan, en zelfs Kandinsky, hielden uiteindelijk nog vast aan een onderliggende structuur van het abstracte schilderij. Pollock liet ook deze laatste zekerheid los. Deze bevrijding kwam voort uit een innerlijke strijd tussen enerzijds de Amerikaanse kunst, zoals ze in de jaren dertig heerste, en die dus de goede voorbeelden voor Pollock uitmaakten en anderzijds de nieuwe inzichten van een o.a. door de oorlog veranderde tijd, die de voorbijgestreefde regels van de kunst aanvochten. Tijdens de jaren dertig bloeide in Amerika een soort sociaal realisme, gekruid met marxistische opvattingen over de evolutie van de geschiedenis. De werkloosheid van de “Great Depression” ten spijt, werden er arbeiders geschilderd, die vol overgave en met vreugde aan de slag waren. Zo, bijvoorbeeld door Thomas Hart Benton (1897-1946), die de leermeester was van Pollock. (1)

Hij werd aanvankelijk ook beïnvloed door een kunst die er nauw bij aansluit, nl. het Mexicaanse sociale realisme van Rivera en Siqueiros. Deze makers van muurschilderingen hadden toen veel succes in Amerika. Verder is in de tijd rond WOII Picasso het grote voorbeeld. Ook voor Pollock. Vooral de Guernica sprak tot zijn verbeelding. Men zou zelfs kunnen stellen dat zijn dripping de verabstraheerde verderzetting is van dit anti-oorlogsmonument, de vernietiging vernietigend. Om zich van deze leermeesters te bevrijden vond Pollock twee vruchtbare bronnen. De belangstelling voor de psychoanalyse kende toen een hoogtepunt. Het onbewuste werd niet langer onder stoelen of banken gestopt. Het surrealisme had hierin al zijn theoretische basis gevonden. De band van Pollock met het surrealisme is groot. Zijn werk is wel een zeer letterlijk te nemen extreme toepassing met verf van het principe van de “écriture automatique” d.w.z. schrijven zonder remmingen van het verstand; het even uitlaten van de onbewuste verlangens zonder repressie; intuïtie eerder dan kunde. Alles recht¬streeks op het doek aangebracht zonder voorafgaande schetsen. Het schilderij is een actie, nauw verbonden aan het leven zelf van de kunstenaar. Het is een deel van de zijnswijze van de kunstenaar. Sartre was het daar ongetwijfeld mee eens. Evenals met zijn ondertussen bekend geworden uitspraak: “Painting is a state of being… self-discovery. Every good artist paints what he is”. (2)

Een tweede bron voor het breken van de laatste banden met de traditionele kunst werd gevonden bij de zandschilderijen van de Indianen, die uiteraard horizontaal gemaakt worden. Naast het onbewuste, sluit Pollock dan ook aan bij het magische. Hij hield van het totemisme en van de wijze om ritueel de innerlijke wereld te veruiterlijken. Vele van zijn vroege werken, waarin slechts de eerste sporen van de dripping vallen te zien (vanaf 1942), verwijzen naar tekens uit de indianenmagie, de titels liegen er niet om. Deze bevrijding van elke externe druk en de figuratieve herkenbaarheid, kende zijn hoogtepunt rond 1950. Men kan echter niet blijven bevrijden. Vanaf 1953 verschijnen er terug figuratieve elementen onder de vorm van tekens en zelfs een zelfportret: “Portrait and a dream”. (3) Pollock zelf zal deze nieuwe figuratie niet meer ten volle ontwikkelen. Hoewel het niet bewezen is dat drank en vrouwen de creativiteit zouden belemmeren, was hij toch al een paar jaar gestopt met schilderen, toen hij in 1956, samen met één van de twee inzittende vrouwen, omkwam in een auto-ongeluk. Anderen hebben van deze extreme artistieke bevrijding gebruik gemaakt om er een nieuwe vorm van figuratie uit op te bouwen. De pop-art kwam in zicht.

1) E. Doss, Twentieth-century American Art, Oxford University Press, 2002
2) J. Fineberg, Art Since 1940, Strategies of Being, London, 2000, p. 5
3) Idem, p. 38

© 2012, Willem Elias. All rights reserved. On republishing this article you must provide a link to the original article on www.belgischekunst.be.

Print Friendly, PDF & Email

Filed Under: Existentiële schilderkunst Tagged With: Jan Burssens

Kunstenaars

Albert Saverys Anne Bonnet Anto Carte Antoine Mortier Antoon De Clerck Armand Vanderlick Auguste Mambour Bart Decq Bram Bogart Camiel Van Breedam Camille D'Havé Carmen Dionyse Chantal Grard Christian Dotremont Colin Waeghe Constant Permeke E.L.T. Mesens Edgart Tytgat Emile Desmedt Englebert Van Anderlecht Enk De Kramer Erna Verlinden Etienne Desmet Fik Van Gestel Florence Fréson Frank Maieu Frank Steyaert Fred Bervoets Fred Eerdekens Gaston Bertrand Gauthier Hubert George Grard Gilbert Swimberghe Gudny Rosa Ingimarsdottir Guillaume Bijl Guy Degobert Guy Leclercq Guy Rombouts Guy Vandenbranden Hans Vandekerckhove Henri-Victor Wolvens Hilde Van Sumere Hubert Malfait Hugo Duchateau Ingrid Ledent Jacques Moeschal Jan Burssens Jan Cox Jane Graverol Jan Van Den Abbeel Jan Vercruysse Jean-Georges Massart Jean-Paul Laenen Jean Bilquin Jean Brusselmans Jef Van Tuerenhout Jo Delahaut Joseph Lacosse Jos Verdegem José Vermeersch Jozef Peeters Karel Dierickx Karin Hanssen Koen van den Broek Koen Vanmechelen Lieve De Pelsmaeker Liliane Vertessen Luc De Blok Luc Hoenraet Luc Peire Luc Tuymans Marcel Broodthaers Marcel Mariën Marc Lambrechts Marc Mendelson Marianne Berenhaut Marie-Jo Lafontaine Mark Cloet Maurice Wyckaert Maxime Van De Woestyne Merlin Spie Michel Buylen Michel Seuphor Mig Quintet Octave Landuyt Panamarenko Paul Delvaux Paul Gees Paul Van Gysegem Peter Beyls Peter De Cupere Peter Weidenbaum Philippe Vandenberg Pierre Alechinsky Pierre Caille Pierre Vlerick Piet Stockmans Pol Bury Raoul De Keyser René Barbaix René Magritte Roel D'Haese Roger Raveel Roger Somville Roger Wittevrongel Roland Van den Berghe Ronny Delrue Serge Vandercam Tinka Pittoors Tjok Dessauvage Ulrike Bolenz vandekerckhove vandenberg Victor Leclercq Victor Servranckx Walter De Rycke Walter Leblanc Werner Mannaers Wim Delvoye Yves Zurstrassen

Geen kunst of filosofie zonder een goed glas wijn

Zoeken op Belgischekunst.be

Recente berichten

  • Peter Beyls, co-creatie tussen mens en machine
  • Magritte en de vrije gedachte
  • Uit de schaduw: de ontwikkeling van kunsten en cultuureducatie in de vrije tijd in Vlaanderen
  • Kunsteducatie duurt het langst
  • Over kunst- en cultuureducatie in musea en erfgoedorganisaties in Vlaanderen
  • De kunstenaar als kunsteducator, Mark Cloet als artistiek spelontwikkelaar en spelleider.
  • Mark Cloet speelt met bakens in de ruimte.
  • Willem Elias kijkt naar Colin Waeghe – juni 2020

Hier kan je zoeken naar de naam van de kunstenaar waar je informatie over wil:

Kunstenaars

Mobile responsive

Belgischekunst.be is een project van Willem Elias en Rudi D’Hauwers en is ontwikkeld volgens het principe van ‘mobile responsive design’. Je leest waar en wanneer je wil op elk toestel van laptop tot ipad en smartphone.

 

  • Willem Elias
  • Inleiding
  • Portfolio
  • Galerij
  • Reflecties
  • Boeken
  • Contact

Return to top of page

Copyright Willem Elias © 2022 · Concept: Rudi DHauwers · Built on the Genesis Framework by StudioPress · WordPress · Log in

nl Dutch
nl Dutchen Englishfr Frenchde Germanit Italianes Spanish