Jan Vercruysse wordt tot één van de belangrijke vertegenwoordigers van de Belgische conceptuele kunst gerekend. Hij werkt rond de plaats, en vooral de afwezigheid ervan, die de kunst vandaag inneemt in de reflecterende waarneming van de aandachtige kijker. Deze zou miniem zijn, waardoor zich ook onmiddellijk de vraag stelt naar de rol van de kunstenaar in de maatschappij. Toch wenst hij een inhoudelijke problematiek van de kunst als een noodzaak voorop te stellen. In zekere zin paradoxaal deed hij dit door o.a. lege lijsten tentoon te stellen.
Hij heeft ook een werk laten uitvoeren door de gieter die hogerop reeds tweemaal vermeld werd. La Sfera, de eerste maal getoond op de Biënnale van Venetië (1992) is een reuzenschildpad die een bol vooruitstuwt. De schildpad staat hier voor de trage moeizaamheid van het werk van de kunstenaar die de wereld vooruit wil helpen. Of is het een kritiek op de kunstenaar die zich al te veel in zijn schelp terugtrekt? Het werk kan zijn ambachtelijke aard uiteraard niet volledig verbergen. De conceptuele kunstenaar, bij aanvang de grote vijand van de ambachtelijkheid, heeft hier vrede genomen met de idee van de kunst als kunnen. Toch blijft het een verzoening op gespannen voet, omdat het conceptuele ontwerpen als stoffeloze activiteit en het ambachtelijke als doordacht materialiseren van iets, per definitie tegengesteld zijn. Maar dat soort definities in vraag stellen, is precies de rol van de kunstenaar.